Al-Ko ROBOLINHO 500 W 119925 Инструкция к AL-KO Robolinho 500 I 119834 онлайн [78/504] 868064

Al-Ko Robolinho 500 I 119834 Инструкция к AL-KO Robolinho 500 I 119834 онлайн [78/504] 868063
NL
78 Robolinho
Bediening
De basisinstellingen zijn voltooid. De status On-
gekalibreerd starttoets indrukken
wordt weergegeven.
5.3 Maaihoogte instellen
De maaihoogte kan traploos tussen de 25 -
55mm met de hand worden versteld.
OPMERKING Voor de kalibratierit (zie
Hoofdstuk 5.4 "Automatische kalibratierit uitvoe-
ren", pagina78) en voor het leren van de start-
punten (zie Hoofdstuk 7.5.2 "Startpunten instel-
len", pagina80) wordt een maaihoogte van
55mm aanbevolen.
1. Afdekking (10/1) openen.
2. De maaihoogte instellen (de actuele maai-
hoogte wordt op het scherm (10/3) in millime-
ter aangegeven):
Maaihoogte (d.w.z. gazonhoogte) verho-
gen: Draaiknop(10/2) rechtsom(10/+)
draaien.
Maaihoogte (d.w.z. gazonhoogte) verla-
gen: Draaiknop(10/2) linksom(10/-)
draaien.
3. Afdekking sluiten.
5.4 Automatische kalibratierit uitvoeren
OPMERKING Voer voor de inbedrijfstelling
een kalibratie uit (zie Hoofdstuk 5.4 "Automati-
sche kalibratierit uitvoeren", pagina78) of voer
het teachen van de stanrtpunten uit (zie Hoofd-
stuk 7.5.2 "Startpunten instellen", pagina80).
Zet het apparaat op de beginstand (09)
1. Zet het apparaat binnen het maaigebied op
de startpositie:
min. 1m links en 1m voor het basisstati-
on
met de voorkant op de begrenzingskabel
uitgelijnd
Kalibratierit starten
1. Controleer dat er binnen het te voorspellen
bewegingsgedeelte van het apparaat geen
obstakels aanwezig zijn. Het apparaat moet
met beide voorwielen over de begrenzingska-
bel heen kunnen rijden. Indien nodig obsta-
kels verwijderen of kabel tijdelijk naar binnen
leggen (min35cm noodzakelijk).
2. Met apparaat starten. Op het display
wordt weergegeven:
! Waarschuwing! Aandrijving
start
Kalibreren , Fase [1]
Tijdens de kalibratierit
Het apparaat rijdt voor de bepaling van de sig-
naalsterkte binnen de begrenzingskabel eerst
twee keer over de begrenzingskabel heen en ver-
volgens naar het basisstation en blijft daar stil-
staan.
Op het display wordt de melding Kalibra-
tie voltooid gegeven.
De accu wordt opgeladen.
OPMERKING Het apparaat moet bij het
binnenrijden in het basisstation blijven staan. Als
het apparaat bij het binnenrijden in het basisstati-
on de contacten niet raakt, rijdt het verder langs
de begrenzingskabel. Als het apparaat niet door
het basisstation rijdt is de kalibratieprocedure
mislukt. In dat geval moet het basisstation beter
uitgelijnd en de kalibatieprocedure herhaald wor-
den.
Na de kalibratie
De vooraf ingestelde actuele maaitijd wordt aan-
gegeven.
Voor alle andere instellingen zie Hoofdstuk 7 "In-
stellingen", pagina79.
Robolinho 700/1200/2000
OPMERKING Om voor een correcte wer-
king te zorgen en foutmeldingen te reduceren
moet de lengte van de lus worden gemeten.
Zie ook
2 Startpunten instellen [}80]
6 BEDIENING
6.1 Apparaat met de hand starten
1. Met apparaat inschakelen.
Voor randen maaien buiten de planning: zie
Hoofdstuk 7.7 "Randen maaien bij handmati-
ge start", pagina81.
2. Met apparaat met de hand starten.
6.2 Maaiwerking staken
Robolinho 500/1150: op het apparaat in-
drukken.
Robolinho 700/1200/2000: op het basis-
station (08/4) of op het apparaat indrukken.
Het apparaat rijdt automatisch naar het basissta-
tion. Het wist het maaischema van de actuele

Похожие устройства

Скачать