Marina-Speroni CAM 40-HL [21/65] Gebruikssector

Marina-Speroni CAM 40-HL [21/65] Gebruikssector
1. Veiligheidsmaatregelen
• Lees aandachtig de gebruiksaanwijzing door alvorens met
de montage te beginnen en de machine in werking te stellen.
Het is verboden de pomp te laten gebruiken door personen
die het instructieboekje (gebruiksaanwijzing) niet grondig
bestudeerd hebben.
• Gebruik van de machine is verboden voor minderjarigen tot
16 jaar.
De gebruiker is in het werkgebied van de machine
verantwoordelijk ten opzichte van derden
Alvorens de machine te starten dient men zich ervan te
verzekeren dat de benodigde elektrische beveiligingen
aanwezig zijn door een test te laten uitvoeren door een
gespecialiseerd vakman.
TIJDENS het gebruik van de pomp mag er
zich niemand in het water of in de te pompen
vloeistof bevinden, en is het verboden
onderhoud te plegen.
De pomp mag alleen met een veiligheidsschakelaar
op het elektriciteitsnet worden aangesloten met een
nominale stroom tot 30 mA en een geschikte aarding.
Bescherming: minimaal 10 Amp.
Gebruik in zwembaden en vijvers is niet toegestaan.
Zie de standaart conformiteit VDE 0100 art 702 voor de
toepassingen.
LET OP: haal de stekker uit het stopcontact alvorens
de pomp te controleren.
Voor de vervanging van de voedingskabel is een speciaal
gereedschap vereist. Wend u hiervoor dus tot een erkend
servicecentrum.
De pomp kan met een verlengsnoer werken dat bestaat
uit een kabel mod. H07 RNF overeenkomstig de gel-
dende normen en met een doorsnede van minstens
1 mm overeenkomstig de norm DIN 57282 of DIN
57245.
Het lawaai (continu equivalent iu dB(A)) van de
elektropompen is gelijk dan of gelijk aan () 70
dB(A).
De spanning (230 Volt wisselstroom) die op het
merkplaatje van de pomp is aangegeven moet overeenkomen
met de beschikbare netspanning.
• De temperatuur van de te pompen vloeistof mag max. 35°C
bedragen.
• Til de pomp nooit op en transporteer hem nooit aan de
voedingskabel die met het net verbonden is.
Wees er zeker van dat de stekkers zich op een plek bevinden
waar geen overstroming plaats kan vinden en waar ze tegen
vochtigheid beschermd zijn.
Vóór het gebruik dient men na te gaan of de aansluiting op
het net en de stekker zelf niet beschadigd zijn.
• Trek de stekker uit het stopcontact voordat men ingrepen
TUINPOMPEN
20
op de pomp gaat uitvoeren.
Voorkom dat de pomp direct aan de waterstraal wordt
blootgesteld.
• De gebruiker is verantwoordelijk voor de naleving van de
plaatselijke montage- en veiligheidsvoorschriften.
• Door het nemen van de juiste voorzorgsmaatregelen (bijv.
alarm-installatie, reserve-pomp e.d. ). dient de gebruiker de
mogelijkheid uit te sluiten dat er indirecte schade aan de
omgeving kan ontstaan door defecten aan de pomp.
• Bij een eventueel defect aan de pomp kunnen de reparaties
alleen door de reparatiewerkplaatsen van de technische
assistentie worden uitgevoerd. Gebruik alleen originele
vervangingsonderdelen. Krachtens de wet betreffende de
productverantwoordelijkheid zijn wij
niet verantwoordelijk
voor schade als gevolg van:
a) reparaties die niet door het personeel van door ons erkende
servicecentra worden uitgevoerd;
b) reparaties met andere dan de ORIGINELE VERVANGIN-
GSONDERDELEN;
c) het niet opvolgen van de aanwijzingen en voorschriften in
deze gebruiksaanwijzing. Voor de accessoires gelden
dezelfde voorschriften.
Weerstand
Met deze pomp mogen geen ontvlambare, brandbare of
explosieve vloeistoffen worden verwerkt.
2. Gebruik
LET OP! Gebruikssector
Voor het irrigeren en besproeien van moestuinen en tuinen.
• Als tuinsproeiers.
Voor het opnemen van water uit vijvers, beekjes,
regenwaterreservoirs en putten, met behulp van een
geschikt filter.
Toegestane vloeistoffen
Voor het pompen van helder water (zoet water), regenwater,
of licht waswater.
Schurende vloeistoffen of andere agressieve
vloeistoffen kunnen de pomp beschadigen of vernielen.
Instructies voor het gebruik
Men raadt vooral het gebruik van een geschikte
preliminaire filter aan alsmede een aanzuigkit met
flexibele buis en aanzuigklep aan het uiteinde (om
terugstromen te voorkomen) om langdurige
wervelingen en onnodige beschadiging van de pomp
door harde objecten te vermijden.
3. Voor het opstarten
Uw irrigatiepomp is zelfaanzuigend. Vóór het eerste opstarten
dient de pomp gevuld te worden met de persvloeistof totdat
deze overloopt.
Aanzuigslang
• Monteer de aanzuigslang voor het omhoog te pompen water
in stijgende lijn. Vermijdt het absoluut de aanzuigslang hoger
dan de pomp zelf te monteren (vorming van luchtbellen in
aanzuigslang).
De aanzuig- en afgifteslang moeten op dergelijke wijze
gemonteerd worden dat geen enkele mechanische druk door
deze slangen op de pomp wordt uitgeoefend.
• De aanzuigklep dient zich tenminste 30 cm. onder het laagste
waterniveau te bevinden.
• Niet luchtdichte aanzuigslangen zuigen lucht aan waardoor
het opzuigen van water belemmerd wordt.
Afgifteslang
Tijdens de aanzuigfase moeten de voor de stilstand
verantwoordelijke bedieningsorganen (sproeiers, kleppen
etc.) die zich in de afgifteslang bevinden, geheel geopend
zijn zodat de lucht die zich in de leiding bevindt direct
uitgestoten kan worden.
4. Instructies voor het onderhoud
De irrigatiepomp heeft weinig onderhoud nodig.
Als de pomp verstopt raakt dan moet men beginnen deze
door te spoelen. In het geval van een verstopping die te wijten
is aan slechte werking van de filters en/of het ontbreken
ervan, moet de situatie worden hersteld door het watergedeelte
te demonteren, het binnenste helemaal uit te spoelen, het
watergedeelte weer terug te monteren, de filters op de juiste
manier te herstellen en het geheel weer in werking te stellen.
• Mocht het kunnen gaan vriezen dan moet de pomp geheel
geleegd worden.
• Als men van plan is de pomp voor langere tijd ongebruikt
te laten bijv. gedurende de winter, dan is het raadzaam de
pomp grondig met water te spoelen, hem geheel te legen en
in een droge ruimte te plaatsen.
• Voordat men de pomp start dient men na te gaan of deze
zonder belemmering werkt door hem kort aan- en uit te
schakelen.
• Vul de pomp weer opnieuw met de persvloeistof en maak
hem gereed voor gebruik.
OPGELET!
Om te kunnen aanzuigen dient de pomp altijd met
zoveel persvloeistof gevuld te zijn dat deze naar buiten
stroomt!
Opgelet:
De pomp mag niet droog werken.
De garantie van de fabrikant vervalt in geval van
schade als gevolg van een droge werking.
Controleer de luchtdichte afsluiting van de pomp;
indien de leidingen niet hermetisch afgesloten zijn
wordt er lucht aangezogen en wordt de perfecte
werking van de machine belemmerd.
Wend u tot onze servicedienst, als het defect niet kan worden verholpen.
Verzend de pomp in de ORIGINELE VERPAKKING om transportschade te voorkomen.
21
5. Tabel voor het opsporen van defecten
Defect Oorzaak Oplossing
De motor start niet
De pomp zuigt niet aan
Onvoldoende capaciteit
De thermomagnetische schakelaar
schakelt de pomp uit
Er is geen netspanning
Draaivleugel pomp geblokkeerd
Thermostaat uitgeschakeld
Controleer de spanning
Demonteer het watergedeelte en
controleer of de rotor vrijuit kan draaien,
monteer het zorgvuldig weer terug.
Aanzuigklep niet onder water
Pompkamer zonder water
Lucht in aanzuigslang
Aanzuigklep niet luchtdicht
Vuile aanzuigfilter
Max. aanzuighoogte overschreden
Dompel de aanzuigklep onder water
(minimum 30 cm.)
Giet water in de aanzuigkoppeling
Controleer de waterdichtheid
Reinig de aanzuigklep
Reinig de filter
Controleer de aanzuighoogte
Aanzuiging vindt te hoog plaats
Vuile aanzuigfilter
Waterniveau daalt snel
Capaciteit pomp gereduceerd door
aanwezigheid onbekende voorwerpen
Controleer aanzuighoogte
Reinig de filter
Plaats de aanzuigklep lager
Reinig de pomp en vervang de versleten
onderdelen
Motor overbelast - Teveel frictie door
aanwezigheid onbekende voorwerpen
Verwijder onbekende voorwerpen.
Wacht tot de thermomagnetische
veiligheidsschakelaar opnieuw aanklikt
(ongeveer 20 min.)

Содержание

Похожие устройства

Скачать