Bosch GLL 2-15 G + LB10 0601063W00 [48/235] Montage

Bosch GLL 2-15 G + LB10 0601063W00 [48/235] Montage
48 | Nederlands
Lijnlaser GLL 2-15 G
Beschermklasse IP 64
A) Het werkbereik kan door ongunstige omgevingsomstandighe-
den (bijv. direct zonlicht) verminderd worden.
B)
bij 20–25°C
C) De opgegeven waarden gelden bij normale tot gunstige omge-
vingsomstandigheden (bijv. geen trillingen, geen mist, geen
rook, geen direct zonlicht). Na sterke temperatuurschommelin-
gen kan de nauwkeurigheid afwijken.
D) Er ontstaat slechts een niet geleidende vervuiling, waarbij ech-
ter soms een tijdelijke geleidbaarheid wort verwacht door be-
dauwing.
Het productnummer (9) op het typeplaatje dient voor een ondubbel-
zinnige identificatie van uw meetgereedschap.
Montage
Batterijen plaatsen/verwisselen
Voor het gebruik van het meetgereedschap wordt het ge-
bruik van alkali-mangaanbatterijen aanbevolen.
Voor het openen van het batterijvakdeksel (7) duwt u de ver-
grendeling (6) naar boven en neemt u het batterijvakdeksel
weg. Plaats de batterijen.
Let er hierbij op dat de polen juist worden geplaatst volgens
de afbeelding op de binnenkant van het batterijvak.
De batterij-aanduiding(2) toont altijd de actuele batterijsta-
tus.
Als de batterijen zwak worden, dan wordt de helderheid van
de laserlijnen langzaam minder.
Als de batterijen bijna leeg zijn, blijft de batterij-aandui-
ding(2) knipperen. De laserlijnen knipperen om de 5minu-
ten gedurende 5seconden.
Als de batterijen leeg zijn, dan knipperen de laserlijnen en de
batterij-aanduiding nog één keer voordat het meetgereed-
schap wordt uitgeschakeld.
Vervang altijd alle batterijen tegelijk. Gebruik alleen batterij-
en van één fabrikant en met dezelfde capaciteit.
u Haal de batterijen uit het meetgereedschap, wanneer
u dit langere tijd niet gebruikt. De batterijen kunnen bij
een langere periode van opslag in het meetgereedschap
corroderen en zichzelf ontladen.
Gebruik
Ingebruikname
u Bescherm het meetgereedschap tegen vocht en fel
zonlicht.
u Stel het meetgereedschap niet bloot aan extreme tem-
peraturen of temperatuurschommelingen. Laat het
bijv. niet gedurende langere tijd in de auto liggen. Laat het
meetgereedschap bij grotere temperatuurschommelin-
gen eerst op temperatuur komen en voer vóór het verder
werken altijd een nauwkeurigheidscontrole uit (zie
„Mauwkeurigheidscontrole van het meetgereedschap“,
Pagina49).
Bij extreme temperaturen of temperatuurschommelingen
kan de nauwkeurigheid van het meetgereedschap nadelig
beïnvloed worden.
u Vermijd krachtige stoten of vallen van het meetge-
reedschap. Na sterke invloeden van buitenaf op het
meetgereedschap, moet u altijd vóór het opnieuw gebrui-
ken hiervan een nauwkeurigheidscontrole uitvoeren (zie
„Mauwkeurigheidscontrole van het meetgereedschap“,
Pagina49).
u Het meetgereedschap tijdens transport uitschakelen.
Bij het uitschakelen wordt de pendeleenheid vergren-
deld. Anders kan deze bij heftige bewegingen beschadigd
raken.
In-/uitschakelen
Voor het inschakelen van het meetgereedschap schuift u de
aan/uit-schakelaar (4) naar de stand „On“. Het meetgereed-
schap zendt direct na het inschakelen laserstralen uit de
openingen (1).
u Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk
zelf niet in de laserstraal, ook niet vanaf een grote af-
stand.
Voor het uitschakelen van het meetgereedschap schuift u
de aan-/uit-schakelaar (4) in stand Off. Bij het uitschakelen
wordt de pendeleenheid vergrendeld.
u Laat het ingeschakelde meetgereedschap niet onbe-
heerd achter en schakel het meetgereedschap na ge-
bruik uit. Andere personen kunnen door de laserstraal
verblind worden.
Bij het overschrijden van de maximaal toegestane gebruiks-
temperatuur van 50°C volgt een uitschakeling ter bescher-
ming van de laserdiode. Na het afkoelen is het meetgereed-
schap weer gereed voor gebruik en kan het opnieuw worden
ingeschakeld.
Automatische uitschakeling
Als ca. 120minuten lang geen toets op het meetgereed-
schap wordt ingedrukt, schakelt het meetgereedschap auto-
matisch uit om de batterijen te sparen.
Als u het meetgereedschap na de automatische uitschake-
ling weer wilt inschakelen, kunt u de aan/uit-schakelaar(4)
eerst in de stand „Off“ duwen en het meetgereedschap ver-
volgens weer inschakelen, of u drukt op de toets voor laser-
functie(3).
Om de automatische uitschakeling te deactiveren (bij inge-
schakeld meetgereedschap), de toets laser-gebruiksmodus
(3) minimaal 3 sec. ingedrukt houden. Als de automatische
uitschakeling is gedeactiveerd, knipperen de laserstralen
even ter bevestiging.
Aanwijzing: Als de gebruikstemperatuur boven 45°C komt,
kan de automatische uitschakeling niet meer worden gede-
activeerd.
Als u de automatische uitschakeling wilt activeren, schakelt
u het meetgereedschap uit en weer in.
1 609 92A 5EM | (20.03.2020) Bosch Power Tools

Содержание

Похожие устройства

Скачать