Cst/berger LD440G [24/109] Gebruik

Cst/berger LD440G [24/109] Gebruik
24 | Nederlands 1 609 92A 0VB 2.6.14
Gebruik
Ingebruikneming
Bij gebruik van het meetgereedschap klinken onder bepaalde om-
standigheden luide geluidssignalen. Houd daarom het meetge-
reedschap uit de buurt van uw oor en van andere personen. Het lui-
de geluid kan het gehoor beschadigen.
Bescherm het meetgereedschap tegen fel zonlicht.
Stel het meetgereedschap niet bloot aan extreme temperaturen of
temperatuurschommelingen. Laat het bijvoorbeeld niet lange tijd in
de auto liggen. Laat het meetgereedschap bij grote temperatuur-
schommelingen eerst op de juiste temperatuur komen voordat u het in
gebruik neemt. Bij extreme temperaturen of temperatuurschommelin-
gen kan de nauwkeurigheid van het meetgereedschap nadelig worden
beïnvloed.
Plaats de laserontvanger zodanig dat de laserstraal het ontvangstveld 1
kan bereiken. Als de rotatielaser over verschillende rotatiesnelheden
beschikt, dient u de hoogste snelheid in te stellen.
In- en uitschakelen
Bij het inschakelen van het meetgereedschap klinkt een luid ge-
luidssignaal. Houd daarom het meetgereedschap bij het inschake-
len uit de buurt van het oor en van andere personen. Het luide geluid
kan het gehoor beschadigen.
Om energie te sparen, schakelt u het meetgereedschap alleen in als u het
gebruikt.
Als u het meetgereedschap wilt inschakelen, drukt u op de aan/uit-
toets 2. Er klinkt een geluidssignaal en alle indicaties in het display lich-
ten kort op.
Als u het meetgereedschap wilt uitschakelen, drukt u opnieuw op de
aan/uit-toets 2. Ter bevestiging klinkt een dubbel geluidssignaal.
Als er ca. 58 minuten geen toets op het meetgereedschap wordt inge-
drukt en het ontvangstveld 1 58 minuten lang niet door een laserstraal
wordt bereikt, wordt het meetgereedschap automatisch uitgeschakeld
om de batterijen te ontzien. De uitschakeling wordt aangegeven door een
geluidssignaal.
Instelling van middenindicatie kiezen
Met de toets 3 kunt u de meetnauwkeurigheid (grof, gemiddeld of fijn)
vastleggen waarmee de laserstralen in het ontvangstveld 1 ontvangen
worden.
–Druk op de toets 3 tot de gewenste meetnauwkeurigheid op het display
6 weergegeven wordt.
Bij wijziging van de nauwkeurigheidsinstelling klinken afhankelijk van de
gekozen instelling een, twee of drie geluidssignalen.
De instelling van de nauwkeurigheid wordt bij het uitschakelen van het
meetgereedschap opgeslagen.
Richtingindicaties
Het display 6 heeft 7 gescheiden ontvangstkanalen die de positie van de
laserontvanger ten opzichte van het laservlak aangeven. Hoe dichter de la-
serstraal bij de middenmarkering van de laserontvanger komt, hoe meer
streepjes er in de richtingindicatie f resp. d worden aangegeven.
Richt het ontvangstveld 1 op de rotatielaser.
Beweeg de ontvanger langzaam omhoog of omlaag tot de richtingindi-
caties f
en d op het display 6 verschijnen en/of een geluidssignaal te ho-
ren is. Kies de gevoeligheid met de toets 3 afhankelijk van de werkom-
standigheden en de gewenste nauwkeurigheid.
Beweeg de ontvanger omhoog als de richtingindicatie d wordt aange-
geven (als de luidspreker ingeschakeld is, klinkt een langzaam pulse-
rend geluidssignaal). Beweeg de ontvanger omlaag als de richtingindi-
catie f wordt aangegeven (als de luidspreker ingeschakeld is, klinkt een
snel pulserend geluidssignaal). Als het midden van het ontvangstveld 1
wordt bereikt, wordt de middenmarkering in het display 6 aangegeven
en klinkt een continu geluid.
Geheugenfunctie
De laatste positie van de laserstraal wordt opgeslagen indien de laser-
straal het ontvangstbereik verlaat.
Elektronisch filter
Het elektronische filter beschermt de laserontvanger tegen fel zonlicht en
elektromagnetische storingen.
Tips voor de werkzaamheden
Bevestigen met houder
U kunt het meetgereedschap met de houder 10 op een bouwlasermeetlat
(toebehoren) of op andere hulpmiddelen met een breedte van maximaal
65 mm bevestigen.
–Schroef de houder 10 met de bevestigingsschroef in de opname 8 aan
de achterzijde van het meetgereedschap vast.
Draai de vastzetschroef 11 los, duw de houder bijvoorbeeld op de
bouwlaser-meetlat en draai de vastzetschroef 11 weer vast.
De bovenrand 9 van de houder bevindt zich op dezelfde hoogte als de mid-
denmarkering en kan worden gebruikt voor het markeren van de laser-
straal.
OBJ_BUCH-926-002.book Page 24 Monday, June 2, 2014 9:25 AM

Содержание

Скачать