Pioneer fh-x730bt [146/200] Bluetooth

Pioneer fh-x730bt [146/200] Bluetooth
8Nl
OPMERKING
De geselecteerde song/het geselecteerde album kan worden geannuleerd als u andere functies
gebruikt dan functies uit de link-weergavemodus (bijv. snel vooruit en achteruit).
iPod-bediening
U kunt het toestel bedienen via een aangesloten iPod.
De volgende iPod-modellen zijn niet compatibel met deze functie.
–iPod nano 1e generatie, iPod met video
1 Druk op BAND/ tijdens het afspelen en selecteer vervolgens de
bedieningsmodus.
[CO
NTROL iPod]: De iPod-functie van het toestel kan bediend worden op de
aangesloten iPod.
[CO
NTROL AUDIO]: De iPod-functie van het toestel kan alleen bediend worden met
de knoppen op het toestel. In deze modus kan de aangesloten iPod niet worden in-
of uitgeschakeld.
OPMERKINGEN
Als u overschakelt naar de bedieningsmodus [CONTROL iPod] wordt het afspelen van de song
gepauzeerd. Gebruik de aangesloten iPod om het afspelen te hervatten.
De volgende bedieningen zijn nog steeds mogelijk op het toestel, zelfs als de bedieningsmodus
ingesteld is op [CONTROL iPod].
– Pauze, snel vooruit/achteruit, song/hoofdstuk selecteren
Het volume kan alleen worden geregeld op het toestel.
De MIXTRAX-functie creëert een non-stop mix van uw muziekbibliotheek, aangevuld
met verlichtingseffecten. Raadpleeg pagina 19 voor meer informatie over MIXTRAX-
instellingen.
OPMERKINGEN
Deze functie is niet compatibel met een Android-apparaat dat via MTP is verbonden.
Afhankelijk van het bestand/de song zijn geluidseffecten mogelijk niet beschikbaar.
Schakelt de MIXTRAX-functie uit als de verlichtingseffecten hinderlijk zijn om uw wagen te besturen.
1 Druk op 3/MIX om MIXTRAX in/uit te schakelen.
Over MIXTRAX (alleen USB/iPod)
Belangrijk
Als er drie of meer Bluetooth-apparaten (bijv. een telefoon en een afzonderlijke audiospeler)
verbonden zijn, werken ze mogelijk niet goed.
1 Schakel de Bluetooth-functie van het apparaat in.
2 Druk op om het telefoonmenu weer te geven.
3 Draai aan de M.C.-knop om [BT SETTING] te selecteren en druk vervolgens op de
knop om te bevestigen.
4 Draai aan de M.C.-knop om [ADD DEVICE] te selecteren, druk daarna op de knop
om te bevestigen.
Het toestel zoekt naar beschikbare apparaten en geeft ze vervolgens weer in de
apparaatli
jst.
Om
het zoeken te annuleren, drukt u op de M.C.-knop.
A
ls het gewenste apparaat niet in de lijst voorkomt, selecteert u [RE-SEARCH].
A
ls er geen apparaat beschikbaar is, verschijnt [NOT FOUND] op het display.
5 Draai de M.C.-knop om een apparaat in de apparaatlijst te selecteren, druk
daarna op de knop om te bevestigen.
Hou de M.
C.-knop ingedrukt om de weergegeven apparaatinformatie te schakelen
tussen het Bluetooth-apparaatadres en de apparaatnaam.
6 Selecteer [Pioneer BT Unit] op het display van het apparaat.
7 Controleer of hetzelfde getal van 6 cijfers op het toestel en op het apparaat
verschijnt, selecteer vervolgens “Yes” op het apparaat.
OPMERKINGEN
[DEVICE FULL] verschijnt als het toestel al gekoppeld is met drie andere apparaten. Verwijder in dat
geval een van de gekoppelde apparaten. Zie [DEL DEVICE] of [GUEST MODE] bij de Bluetooth-
instellingen (pagina 9).
Afhankelijk van het apparaat moet u een pincode invoeren in stap 7. Voer in dat geval [0000] in.
TIP
De Bluetooth-verbinding kan ook tot stand worden gebracht door het toestel te detecteren op het
Bluetooth-apparaat. Om dit te doen moet [VISIBLE] in de Bluetooth-instellingen ingesteld zijn op [ON].
Voor meer informatie over de bediening van een Bluetooth-apparaat raadpleegt u de
bedieningsinstructies bij het Bluetooth-apparaat.
Bluetooth
Bluetooth-verbinding

Содержание

Скачать
Случайные обсуждения