DAB KP 60/6 M [43/112] De pomp niet starten zonder deze helemaal met vloeistof gevuld te hebben

DAB EURO 50/50 M [43/112] De pomp niet starten zonder deze helemaal met vloeistof gevuld te hebben
NEDERLANDS
33
8.2
Zich verzekeren dat de netspanning met datgene oveenkomt die op het motor naamplaatje is
aangegeven en dat het mogelijk is EEN GOEDE AARD VERBINDING TOT STAND TE
BRENGEN.Afb.E, in het bijzonder moet de aardingsklem verbonden zijn met de geel/groene
geleider van de voedingskabel. Bovendien moet er een aardingsgeleider worden gebruikt die
langer is dan de fasegeleiders, om te voorkomen dat de aardingsgeleider als eerste losraakt als er
aan de kabel getrokken wordt.
8.3
In de vaste installaties voorzien de Internationele Normen het gebruik van doorkiesknopen met
een zekeringshouder basis.
8.4
De monofase motoren zijn van een ingebouwde amperometrische bescherming voorzien aan het
net direkt verbonden. De driefasemotoren moeten worden beveiligd met een automatische
schakelaar (b.v. magnetothermische schakelaar) die is afgesteld volgens de nominale gegevens van
de elektropomp, of met zekeringen overeenkomstig de dimensionering die vermeld wordt in
hoofdstuk 4.
9.
OPSTARTEN
9.1
De pomp niet starten zonder deze helemaal met vloeistof
gevuld te hebben.
Voor het starten nagaan dat de pomp op de juiste manier is uitgerust, voorzien aan zijn volledige
vulling met schone water, bij de bijpassende gaatje, na de vullingdop te hebben verwijderd die op
het pompgedeelte geplaatst is. Deze handeling is van groot belang voor een perfekte pomp
functionering, onmisbaar om de mechanische houding gesmeerd te houden.(afb.F) Een droge
functionering brengt onherstelbare schade aan de mechanische houding.De oplaaddop zal daarna
zorgzaam weer aangedraaid moeten worden.
9.2
Spanning toevoeren en, voor de driefase versie, de juiste draairichting, dat, wanneer men aan de
ventiel kant kijkt met richting van de klok mee moet gaan. Afb.G. Anders twee willekeurige
fasesgeleiders door elkaar andersom doen,na de elektropomp uit de spanning te hebben gedaan.
10. VOORZORGSMAATREGELEN
10.1
De elektropomp moet nooit met meer dan 20 starten per uur belast worden om de motor niet met
teveel thermische aansporingen te belasten.
10.2
VRIES GEVAAR : wanneer de pomp voor een lange tijd in onbruik blijft op een temperatuur
lager dan 0°C, is het noodzakelijk het pompgedeelte volledig te ledigen door de ledigingsdop
Afb.H, om eventuele barsten van de idraulische componenten te voorkomen. Deze handeling is
ook aan te raden in geval van onbruik op normale temparatuur.
10.3
Het weer in werking stellen na een lange onbruikstijd, vereist het herhalen van de bovengenoemde
handelingen.
11. ONDERHOUD EN REINIGING
Met een normale functionering vereist de elektropomp geen bijzonder onderhoud.
Het kan toch nodig zijn de idraulische delen schoon te maken wanneer er sprake is
van een vermindering van prestatie .De elektropomp kan alleen door
gekwalificeerd personeel uit elkaar gehaald worden die in bezit zijn van vereiste
eisen door de specifieke normen aangegeven.
In ieder geval moeten al de reparaties en onderhouds ingrepen plaats vinden alleen
na dat de pomp uit het voedingsnet is gekoppeld.
12.
VERANDERINGEN EN RESERVE-ONDERDELEN
Iedere van tevoren niet toegestane wijziging, haalt het constructie bedrijf van
iedere veraantwoording af. Alle bij een reparatie gebruikte onderdelen, moeten
origineel en door de constructeur toegestaan zijn, zodat de maximale veiligheid van
de machines en van de installaties op wie deze worden geplaatst gegarandeerd kan
worden.
Als de voedingskabel van dit apparaat beschadigd is, dient de reparatie te
worden uitgevoerd door gespecialiseerd personeel, om alle risico’s te
vermijden.

Содержание

Скачать