Festool Precisio CS 70 EB 561136 [48/118] Voorzichtig

Festool Precisio CS 70 EB 561136 [48/118] Voorzichtig
48
5.1 Machinespecifi eke veiligheidsvoor-
schriften
Vervormde zaagbladen of zaagbladen met -
barstjes en met stompe of defecte snijvlakken
mogen niet worden gebruikt.
Het hoogste toerental dat op het gereedschap -
is aangegeven dient te worden aangehouden.
Het gereedschap dient geschikt te zijn voor het -
te bewerken materiaal.
Zaagbladen van hooggelegeerd sneldraaistaal -
(HSS-staal) mogen niet worden toegepast.
De gereedschappen moeten in een geschik- -
te houder vervoerd en bewaard worden;
Draag een geschikte persoonlijke veiligheids- -
uitrusting: gehoorbescherming teneinde min-
der risico te lopen hardhorig te worden, vei-
ligheidsbril, zuurstofmasker ter vermindering
van het risico stoffen in te ademen die schade-
lijk zijn voor de gezondheid, veiligheidshand-
schoenen bij het hanteren van gereedschap en
hard materiaal.
Er mag alleen gereedschap worden gebruikt -
dat in overeenstemming is met de norm EN
847-1.
Alvorens gereedschap te wisselen of storingen -
te verhelpen, zoals bijv. het verwijderen van
ingeklemde splinters, dient de stekker uit het
stopcontact te worden gehaald.
Bij het zagen van hout dient de machine vol- -
gens EN 60335-2-69, stofklasse M, aan een
afzuigapparaat te worden aangesloten.
Om de geluidsontwikkeling te minimaliseren, -
moet het gereedschap aangescherpt zijn, en
dienen alle elementen om het lawaai tegen te
gaan (afdekkingen, etc.) volgens de regels te
zijn ingesteld.
De machine mag alleen worden gebruikt wan- -
neer alle veiligheidsinrichtingen zich in de
juiste positie bevinden en indien de machine
in goede toestand verkeert en volgens voor-
schrift is onderhouden.
Indien er fouten bij de machine, inclusief de -
scheidende veiligheidsinrichtingen, of bij het
gereedschap worden vastgesteld, dient het
onderhoudspersoneel hiervan onmiddellijk
op de hoogte te worden gebracht. De machine
mag pas weer in gebruik worden genomen na-
dat de fouten zijn verholpen.
Het maken van sponningen of groeven is al- -
leen met een geschikte veiligheidsvoorziening,
bijv. een tunnelveiligheidsvoorziening over de
zaagtafel heen, toegestaan.
Cirkelzagen mogen niet voor het maken van -
uitsparingen (groeven in het werkstuk) ge-
bruikt worden.
De bovenste beschermkap mag niet als hand- -
greep voor het transport gebruikt worden!
Bij het transport van de machine dient de bo- -
venste beschermkap het bovendeel van het
zaagblad af te dekken.
Lange werkstukken dienen door een geschik- -
te technische voorziening zo te worden onder-
steund dat ze loodrecht liggen.
De arbeidsruimte en werkplek dienen vol- -
doende verlicht te zijn.
Het bedieningspersoneel dient voldoende ge- -
schoold te zijn op het gebied van het gebruik,
de instellingen en de bediening van de machi-
ne.
Neem bij het zagen de juiste werkpositie aan: -
- van voren aan de kant van de gebruiker;
- frontaal t.o.v. de machine;
- naast de zaaglijn.
Bewerk geen asbesthoudend materiaal. -
Verwijder geen zaagresten of andere werk- -
stukdelen uit het zaagbereik zolang de machi-
ne nog loopt en de zaageenheid zich in rust-
stand bevindt.
Is het zaagblad geblokkeerd, schakel de ma- -
chine dan onmiddellijk uit en trek de stekker
uit het stopcontact. Verwijder pas daarna het
ingeklemde werkstuk.
5.2 Emissiewaarden
De geluidsmetingen zijn conform de gege-
vens van EN 61029 uitgevoerd. De informa-
tie is zowel van toepassing bij gebruik van
de machine als trekzaag als tafelcirkelzaag.
Geluidsvermogenniveau
Geluidsvermogen-onbelast
toerental 91 dB(A)
Geluidsvermogen-bewerking 103 dB(A)
Meetonzekerheidstoeslag K = 3 dB
Emissiewaarden op werkplek
AP-emissie-onbelast toerental 77 dB(A)
AP-emissie-bewerking 90 dB(A)
VOORZICHTIG
Door het geluid dat tijdens het bewerken ont-
staat, raakt het gehoor beschadigd.
Draag gehoorbescherming!
Beoordeelde acceleratie < 2,5 m/s²

Содержание

Скачать