Sagi FD70LT [174/219] De toets de toets

Sagi FD70LT [174/219] De toets de toets
22
LAGE TEMPERATUUR -20/-10°C; -22/-15°C (48c)
De toets “
”schakelt de volgende alarmsystemen.
Op het DISPLAY worden eventuele alarmsignaleringen en meldingen gevisualiseerd:
LED
BETEKENIS
LED compressor
Indien led is verlicht, is de compressor aan
Indien deze
knippert:
• is de aanpassing van de setpoint werk in uitvoering
• is een protectie van de compressor in uitvoering (parameter C0, C1, C2 e i7)
LED ontdooiing
Indien led is verlicht, is de ontdooiing in uitvoering
Indien le
d knippert:
is een vertraging bij de activering van een ontdooiing in gang (controleer parameters C0, C1 en C2)
is een uitdruppeling in uitvoering (controleer parameter d7)
• is een opwarming van de vloeistof van de koelkast in uitvoering (controleer parameter dA)
LED ventilator verdamper
Indien led is verlicht, is de ventilator van de verdamper aan
Indien led knippert, is een stilstand van de ventilator verdamper in uitvoering (controleer parameter F3)
HACCP
LED HACCP
Indien LED HACCP is verlicht, is niet alle informatie betreffende de alarmen HACCP weergegeven
Indien deze knippert, heeft het instrument ten minste één nieuw alarm HACCP in het geheugen opgeslagen
Is het LED HACCP uit, dan is alle informatie betreffende de alarmen HACCP weergegeven of is de lijst van de alarmen
HACCP gewist
LED alarm
Indien led is verlicht, is een alarm in gang
LED on/stand-by
Indien LED on/stand-by is verlicht, is het instrument in stand-by
°C
LED graden Celsius
Indien led is verlicht, is de meeteenheid van temperatuur graden Celsius (parameter P2)
°F
LED graden Fahrenheit
Indien led is verlicht, is de meeteenheid van temperatuur graden Fahrenheit (parameter P2)
LED resistentie deur
Indien LED is verlicht, is de resistentie van de deur voorzien van stroom
- - - -
De omvang voor weergave is niet beschikbaar (bijvoorbeeld omdat de sonde afwezig is)
CODE
BETEKENIS
AH
Alarm temperatuur maximum
Oplossingen:
• controleer de temperatuur met betre
kking tot het alarm
• bekijk parameters A3, A4 en A5
Gevolgen:
• indien parameter A3 is ingesteld op 0 of indien parameter P4 is ingesteld op 1 en parameter A3 is ingesteld op 1, wordt
het alarm in het geheugen opgeslagen, mits er geen alarm van dit type in het geheugen is of de kritieke waarde hoger is
dan die in het geheugen
• indien parameter u1 is ingesteld op 4, zal de alarmuitgang worden geactiveerd
AL
Alarm temperatuur minimum
Oplossingen:
• controleer de temperatuur met betrekking tot het alarm
• b
ekijk parameters A0, A1 en A2
Gevolgen:
• indien parameter A0 is ingesteld op 0 of indien parameter P4 is ingesteld op 1 en parameter A0 is ingesteld op 2, wordt
het alarm in het geheugen opgeslagen, mits er geen alarm van dit type in het geheugen is of de
kritieke waarde lager is
dan die in het geheugen
• indien parameter u1 is ingesteld op 4, zal de alarmuitgang worden geactiveerd
Pr1
Fout sonde cel
Oplossingen:
• Bekijk de parameter
P0
controleer de integriteit van de sonde
• controleer de verbinding
instrument-sonde
• controleer de temperatuur van de cel
Gevolgen:
• de activiteit van de compressor zal afhangen van de parameters C4 e C5
• de ontdooiing zal niet worden geactiveerd
indien parameter u1 is ingesteld op 4, zal de alarmuitgang worden geactiveerd
• indien parameter u1 is ingesteld op 5 of 6, zal de vierde uitgang worden uitgeschakeld
Pr2
Fout sonde verdamper
Oplossingen:
• bekijk de parameter
P0
controleer de integriteit van de sonde
• controleer de verbinding instrument-sonde

Содержание

Скачать