Stiga PRIMO /SE [74/188] Toepassingen

Stiga PRIMO /SE [74/188] Toepassingen
74
NEDERLANDS
NL
Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
3.4.6 Maaidek (1:C)
3.4.6.1 Transportstand - Maaistand (1:G)
Pedaal voor transportstand - maaistand.
Het maaidek omhoog brengen naar de transport-
stand:
1. Druk het pedaal (1:G) geheel in.
2. Beweeg de grendel (1:F) naar rechts.
3. Laat het pedaal los.
Het maaidek omlaag brengen naar de maaistand
:
1. Druk het pedaal (1:G) geheel in.
2. Laat het pedaal los.
3.4.6.2 Het maaidek inschakelen (1:L)
Het maaidek mag nooit worden inge-
schakeld in de transportstand. Hier-
door raakt de riemoverbrenging
beschadigd.
Hendel voor het in- en uitschakelen van het maai-
dek.
Twee standen:
1.Voorste/lage stand - maaidek uitge-
schakeld.
2. Achterste/hoge stand - maaidek inge-
schakeld.
3.4.6.3 De maaihoogte instellen (1:H)
De maaihoogte kan met de hendel (1:H) op negen
vaste standen worden ingesteld.
3.4.7 Zitting (1, 5:A)
De zitting kan worden opgeklapt en naar
voren of naar achteren worden geschoven.
Wilt u de zitting verstellen, draai dan de
schroeven los waarmee die aan de plaat is
vastgezet, zet de zitting in de gewenste
stand en draai de schroeven weer vast.
Aanhaalmoment: 20-24 Nm.
Als de schroeven worden aangedraaid
met meer dan 24 Nm, raakt de zitting
beschadigd.
De zitting heeft een beveiligingsschakelaar die is
aangesloten op het beveiligingssysteem van de
machine. Deze zorgt ervoor dat bepaalde gevaarlij-
ke functies niet werken als er niemand op de zitting
zit. Zie ook 5.4.2.
3.4.8 Motorkap
Gebruik de machine alleen met de mo-
torkap dicht. Anders bestaat er een
kans op brandwonden en kunt u be-
kneld raken.
Voor inspectie en onderhoud van de motor moet de
motorkap worden geopend.
Openen:
De motor mag niet draaien als de mo-
torkap wordt geopend. Dit kan resulte-
ren in ernstig letsel.
1. Klap de zitting naar voren.
2. Pak de voorrand van de motorkap (6:Q) en kan-
tel de kap naar achteren.
Sluiten:
Pak de kap bij de voorrand en kantel deze omlaag.
Plaats vervolgens de zitting weer terug.
4 TOEPASSINGEN
De machine dient uitsluitend te worden gebruikt
voor het maaien van gras in tuinen.
LET OP! Deze machine is niet bedoeld voor rijden
op de openbare weg.
5 STARTEN EN RIJDEN
Gebruik de machine uitsluitend met de
motorkap dicht. Anders bestaat er een
kans op brandwonden en kunt u be-
kneld raken.
5.1 TRANSPORT
Rijd de machine nooit met draaiende
motor van een aanhanger. Hierbij kan
de machine kantelen, met schade aan
materiaal of ernstig letsel tot gevolg.
Als de machine op een platte wagen wordt ver-
voerd, moet deze op of van de wagen worden ge-
duwd of getild. De machine mag nooit op of van de
wagen worden gereden met draaiende motor, aan-
gezien rijden op hellingen grote voorzichtigheid
vraagt en de maximaal toegestane hellingshoek
makkelijk wordt overschreden. Zie ook 5.5.2 en
5.5.3.
5.2 BRANDSTOF BIJVULLEN
Gebruik altijd loodvrije benzine. Gebruik nooit
benzine met mengsmering voor tweetaktmotoren.
LET OP! Normale loodvrije benzine is aan bederf
onderhevig en mag niet langer dan 30 dagen wor-
den bewaard.
U kunt ook milieuvriendelijke benzine gebruiken,
d.w.z. gealkyleerde benzine. Dit type benzine heeft
een samenstelling die minder schadelijk is voor
mens en milieu.
Benzine is uiterst brandbaar. Bewaar
brandstof altijd in een speciaal daar-
voor bestemde tank.

Содержание

Скачать