Telwin MOTOTRONIC 6/12 [12/40] Installatie

Telwin MOTOTRONIC 6/12 [12/40] Installatie
negatieve klem van de batterij (symbool -).
GROENE LED - Correcte voeding.
__________________________________________________________________________________
OPLADEN
DRUKKNOP BYPASS
- De batterijlader voeden door de voedingskabel in het
In geval van een excessief ontladen batterij (met spanning lager
contact van het net te steken en de schakelaar (indien
dan 70% in vergelijking met de nominale waarde) geschiedt er
aanwezig) op ON te zetten.
geen enkel proces van heropladen (GELE LED uit).
Tijdens deze fase controleert de batterijlader constant de
De drukknop BYPASS gedurende enkele seconden indrukken,
spanning aanwezig op de uiteinden van de batterij, en
vervolgens de drukknop loslaten en verifiëren of de GELE LED van
verdeelt of onderbreekt hierbij, indien noodzakelijk,
het opladen blijft branden.
automatisch de stroom van opladen naar de batterij; de
Op deze manier wordt het door de elektronische fiche
gecontroleerd opladen hersteld.
reeks leds geplaatst op de voorkant van het toestel
De batterij kan niet meer heropgeladen worden indien, nadat de
visualiseren de staat van het opladen van de batterij.
drukknop enkele minuten in de stand BYPASS werd gehouden, de
GELE LED niet blijft branden wanneer de drukknop wordt
EINDE OPLADEN
losgelaten.
- De voeding van de acculader wegnemen en hierbij de
schakelaar (indien aanwezig) op OFF plaatsen en/of de
OPGELET! OM GEEN ENKELE REDEN DE DRUKKNOP IN
voedingskabel uit het contact van het net nemen.
DE STAND BYPASS BLOKKEREN! DIT KAN SCHADE
- De zwarte tang van het opladen loskoppelen van het
BEROKKENEN AAN DE BATTERIJ EN AAN DE BATTERIJLADER!
__________________________________________________________________________________
chassis van de auto of van de negatieve klem van de
batterij (symbool -).
4. INSTALLATIE
- De rode tang van het opladen loskoppelen van de
PLAATSING VAN DE BATTERIJLADER
positieve klem van de batterij (symbool +).
- Tijdens de werking de batterijlader op een stabiele manier
- De batterijlader op een droge plaats opbergen.
installeren en ervoor zorgen dat de luchtdoorgang niet
- De cellen van de batterij terug sluiten met de speciaal
verstopt wordt middels speciaal daartoe bestemde
daartoe bestemde doppen (indien aanwezig).
openingen zodanig dat een voldoende ventilatie
gegarandeerd is.
6. BESCHERMINGEN VAN DE BATTERIJLADER
(FIG.A)
AANSLUITING OP HET NET
De batterijlader è uitgerust met bescherming die ingrijpt in
- De batterijlader mag uitsluitend aangesloten worden op
geval van:
een voedingssysteem met een neutraalgeleider
- Overlading (excessieve verdeling van stroom naar de
verbonden met de aarde.
batterij).
Controleren of de netspanning overeenstemt met de
- Kortsluiting (tangen voor het opladen in contact met
spanning van werking.
elkaar geplaatst).
- D e voe d i n g s l i j n m o e t u i t g e r u s t z i j n m e t
- Omkering van polariteit op de klemmen van de batterij.
beschermingssystemen zoals zekeringen of
- In de toestellen voorzien van zekeringen is het verplicht, in
automatische schakelaars, voldoende om de maximum
geval van vervangingen, analoge reserve onderdelen te
absorptie van het toestel te verdragen.
gebruiken die dezelfde waarde van nominale stroom
- De aansluiting op het net è moet uitgevoerd worden met
hebben.
een speciale kabel.
- Eventuele verlengsnoeren van de voedingskabel moeten
OPGELET: De zekering niet vervangen met waarden
een adequate doorsnede hebben die nooit kleiner mag
van stroom die verschillen van diegene die op de plaat
zijn dan diegene van de geleverde kabel.
staan aangeduid, dit zou schade kunnen berokkenen
aan dingen of personen. Omwille van dezelfde reden
5. WERKING
moet men absoluut vermijden dat de zekering
VOORBEREIDING VOOR HET OPLADEN
vervangen wordt met koperen bruggen of ander
NB: Voordat men overgaat tot het opladen, moet men
materiaal.
verifiëren of de capaciteit van de batterijen (Ah) die men
De operatie van de vervanging van de zekering moet
wenst te onderwerpen aan het opladen niet kleiner is dan
altijd worden uitgevoerd met de voedingskabel
diegene die aangeduid staat op de plaat (C min).
LOSGEKOPPELD van het net.
Bij het uitvoeren van de instructies nauwkeurig de hierna
Vervanging interne zekering van bescherming (FIG.B)
aangegeven volgorde volgen.
1 - De voedingskabel loskoppelen van het net.
- De eventueel aanwezige deksels van de batterij
2 - De batterijlader openen.
wegnemen, ì zodanig dat de gassen die zich ontwikkelen
3- De zekering vervangen met een andere met een gelijke
tijdens het opladen naar buiten kunnen komen.
waarde.
- Controleren of het niveau van de elektrolyt de platen van
4 - De batterijlader terug sluiten.
de batterijen dekt; indien deze bloot blijken te liggen,
gedistilleerd water toevoegen tot ze 5 -10 mm bedekt zijn.
7. NUTTIGE RAADGEVINGEN
- Mogelijke incrustaties van oxide wegnemen van de
OPGELET: UITERST VOORZICHTIG TEWERK GAAN
positieve en negatieve klemmen zodanig dat men een
TIJDENS DEZE OPERATIE OMDAT DE ELEKTROLYT
goed contact van de tangen garandeert.
EEN UITERST CORROSIEF ZUUR IS.
- Strikt vermijden de twee tangen in contact te brengen
- Met de voedingskabel losgekoppeld van het contact van
wanneer de batterijlader op het net is aangesloten. In dit
het net de deviator van lading 6/12 V of 12/24 V (indien
geval zal de zekering verbranden.
aanwezig) plaatsen in functie van de nominale spanning
- Indien de batterij waarmee men deze batterijlader wenst
van de te laden batterij.
te gebruiken è permanent op een voertuig is aangesloten,
- De polariteit van de klemmen van de batterij verifiëren:
moet men ook de handleiding instructie en/of onderhoud
positief het symbool + en negatief het symbool -.
van het voertuig raadplegen op het punt ”ELEKTRISCHE
OPMERKING: indien de symbolen zich niet
INSTALLATIE” of ”ONDERHOUD”. Bij voorkeur, vóór het
onderscheiden moet men zich herinneren dat de
opladen, de positieve kabel die deel uitmaakt van de
positieve klem diegene is die niet verbonden is met het
elektrische installatie van het voertuig loskoppelen.
chassis van de auto.
- De spanning van de batterij controleren voordat men ze
- De rode tang voor het opladen verbinden met de positieve
aansluit op de batterijlader, men herinnert eraan dat 3
klem van de batterij (symbool +).
doppen een batterij van 6Volt onderscheiden, 6 doppen
- De zwarte tang voor het opladen verbinden met het
12Volt. In sommige gevallen kunnen er twee batterijen
chassis van de auto, uit de buurt van de batterij en van de
van 12Volt in serie zijn, in dit geval vraagt men een
buis van de brandstof.
spanning van 24Volt om beide accu's op te laden.
OPMERKING indien de batterij niet in de auto
Controleren of ze dezelfde karakteristieken hebben
geïnstalleerd is, zich rechtstreeks verbinden met de
- 12 -

Содержание

Похожие устройства

Скачать